Skip to main content
Blog

Zijn bankiers boeven?

Door 4 augustus 2014oktober 22nd, 2018No Comments

Wellicht verrassend voor wie mijn columns en werk volgt, maar het antwoord op de vraag luidt wat mij betreft toch ronduit ontkennend. Verreweg de meeste bankmedewerkers willen klanten het liefst zo goed en veel mogelijk van dienst zijn en zeker op kantoor- en accountmanagersniveau zie je een grote betrokkenheid bij de klant. Zij balen er ook van dat hun hoofdkwartier sterk terugtrekkende bewegingen maakt en bedrijfsleven en particulieren aan hun financiële lot overlaat. Ze balen ook terecht van de hoge bonussen die de top zich toe-eigent en waar zij verantwoording voor moeten afleggen, evenals voor figuren die op jacht naar hoge bonussen rotte producten als renteswaps pushen. Ik bespeur op kantoorniveau ook vaak plaatsvervangende schaamte als een klant bij de afdeling Bijzonder Beheer op het hoofdkantoor terechtkomt en aldaar “echt geen klant meer is”.

De problemen zitten overduidelijk daar waar het meeste geld verdiend wordt. Vreemd is dat niet, want als iemand met een inkomen van €60.000,00 per jaar voor €300.000,00 aan bonussen kan bijverdienen door allerlei woekerproducten te verkopen, dan moet iemand al heel sterk in zijn schoenen staan. Dat geldt natuurlijk ook voor de absolute top: types zoals Rijkman Groenink. Ik denk echter dat we een flinke vooruitgang hebben geboekt met de vervangingen aan de top van de drie grote banken.

Banken zijn ook gewoon bedrijven die winst willen (en moeten, ook van ons als aandeelhouders!) maken en die dat doen door slimmer te zijn dan hun concurrenten, maar ook dan hun klanten. Daar wringt de schoen overigens behoorlijk en heel principieel: enerzijds werpen de banken zich op als betrouwbare adviseurs, maar anderzijds zijn het gewoon verkopers van producten, gericht op een zo groot mogelijke winst. Er is een continue strijd tussen enerzijds die adviseurs -en vertrouwensrol en anderzijds het streven naar winst. Zolang het bedrijfsmodel van banken die tweeslachtigheid in zich blijft dragen, zullen er ook problemen blijven ontstaan.

Voorts valt er natuurlijk nog wel genoeg op- en aan te merken op de rol van banken, zoals:

  • Dat men ons eerst tientallen jaren verslaafd heeft gemaakt aan krediet, maar dat vervolgens met name de financiering van onroerend goed opeens stopt en eigenaren van commercieel vastgoed gigantische stroppen lijden (waarom pikken we dit?!);
  • Er niet meer wordt gekeken naar de kwaliteiten van de ondernemer en naar hetgeen de bank in het verleden aan een klant verdiend heeft, maar dat koude computermodellen regeren en bij problemen de klant heel snel naar het hoofdkantoor wordt doorgeschoven en de persoonlijke factor helemaal uit beeld verdwijnt;
  • Banken nooit eens kunnen erkennen iets fout gedaan te hebben en de schade daarvan te repareren (vergelijk dat eens met de automobielindustrie of waar dan ook);
  • Conflictoplossing plaatsvindt via Zuidas-advocatenkantoren die steevast een verschroeide-aarde-tactiek hanteren (Rabobank als gunstige uitzondering);
  • Een gebrek aan besef hoe afhankelijk het bedrijfsleven van krediet is en besef dat daar best wel eens wat transparanter over gecommuniceerd zou mogen worden (en dus niet de ontkenning aan het begin van de kredietcrisis, dat men veranderingen in het kredietbeleid had aangebracht);
  • Gelukkig heb ik voorlopig dus nog wel werk genoeg!

Charles Lückers

Charles Lückers is advocaat, gespecialiseerd in financiën, jaarrekeningen en (bescherming tegen) faillissementen. Hij schrijft deze columns in Wij Limburg / Nederland op persoonlijke titel en roept lezers met afwijkende of aanvullende opvattingen op te reageren op info@luckers.nl